Prinsjesdag 2025: dit betekenen de plannen voor jou als ondernemer

Traditioneel maakte de overheid tijdens Prinsjesdag de begrotingsplannen voor 2026 bekend. Deze staan vooral in het teken van vermindering van regeldruk en steun voor het bedrijfsleven. Wat betekenen de maatregelen van het demissionaire kabinet voor jou als ondernemer? We zetten de belangrijkste maatregelen op een rij.
Het Centraal Planbureau (CPB) verwacht een economische groei van 1,4 procent in 2026. Dat is iets lager dan de verwachte groei voor dit jaar (1,6 procent). Om het bedrijfsleven te versterken, kondigde het kabinet verschillende maatregelen aan. Ondernemers kunnen bijvoorbeeld gebruik blijven maken van belangrijke regelingen als de mkb-winstvrijstelling, de renteaftrek binnen de vennootschapsbelasting en de expatregeling.
Extra geld voor innovatie en onderzoek
Het kabinet versterkt de innovatieve positie van Nederland met meer dan een half miljard extra geld in 2026. De helft van dat bedrag gaat naar de halfgeleiderindustrie. Het kabinet wil de in Nederland opgebouwde kennis en concurrentiekracht op dit gebied behouden en stelt 230 miljoen euro beschikbaar voor deelname aan een IPCEI (Important Project of Common European Interest) op het gebied van Advanced Semiconductor Technologies (AST). ICPEI’s zijn grootschalige Europese samenwerkingen van bedrijven en kennisinstellingen rondom een innovatieve technologie, een productieketen of infrastructuur.
Ook gaat er 200 miljoen euro vanuit EZ naar de doorgroei van start-ups. De subsidie voor de Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk (WBSO-subsidie) stijgt in 2026 naar van 1,6 miljard naar 1,8 miljard euro. Zo hoeven bedrijven minder belasting te betalen voor hun onderzoek en ontwikkeling (R&D) en kunnen ze goedkoper innoveren.
Minder regels, nieuwe wetten
Om de regeldruk te verminderen, schrapt het kabinet de rittenregistratie voor het mkb. Voor de zomer van 2026 moeten nog vijfhonderd regels vereenvoudigd of geschrapt. Het kabinet verlengt voor 2026 verder de lagere brandstofaccijns. De concurrentiepositie van de industrie verbetert door een lagere CO2-heffing en een regeling die tot en met 2028 hoge stroomkosten compenseert.
Den Haag gaat zet de Wet verbetering zekerheid flexibele arbeidskrachten voort en wil nulurencontracten afschaffen. Zo wordt een vast contract de norm bij structureel werk. Verder wordt vanaf 2027 wordt het minimumjeugdloon aanzienlijk verhoogd.